Zie Mijn handen en Mijn voeten

“Die Zelf onze zonden in Zijn lichaam gedragen heeft op het hout.”
1 Petrus 2:24

In mijn boek, in het hoofdstuk ‘Jesjoea droeg onze zonden’, leg ik uit hoe we in de geestelijke betekenis van de gebeurtenissen rond de kruisiging van Jesjoea bevestigd zien dat Hij onze zonden droeg. Ik schrijf in dit hoofdstuk over de geestelijke betekenis van de kroon van dorens die de soldaten op Zijn hoofd zetten en de wijn die Hij dronk voordat Hij uitriep “Het is volbracht”. Maar er is meer geestelijke diepgang in de kruisiging. Recent werd ik nog eens gewezen op de wonden in Zijn handen en voeten. Toen ik besefte wat de geestelijke betekenis is van handen en voeten en waarom precies dáár Zijn wonden zijn geslagen, werd ik diep geraakt…

Zij hebben mijn handen en mijn voeten doorboord.” Psalm 22:17

In Daniël 2 wordt een beeld beschreven dat uit vier lichaamsdelen bestaat. Een hoofd van goud, borst en armen van zilver, buik en dijen van brons, benen van ijzer en voeten van ijzer en leem. De betekenis van dit beeld wordt vanaf vers 36 uitgelegd en dan blijken het vier koninkrijken te zijn. We speculeren al eeuwenlang over de vraag welke letterlijke koninkrijken dat nu precies zijn, en dan vooral het laatste koninkrijk, en waar we nu zijn op de klok van onze overgang naar de eeuwigheid. Maar de geestelijke betekenis van deze vier koninkrijken en lichaamsdelen verwijst naar de vier tredes op de geestelijke ladder van groei naar geestelijke volwassenheid. Dit leg ik uitgebreider uit in mijn boek.

In vers 41-43 wordt het koninkrijk uitgelegd dat verbonden is aan de voeten. Het wordt beschreven met de woorden broos, verdeeld en leem. Dit verwijst naar de lagere fasen van geestelijke groei op de geestelijke ladder en daar staan de 30- en 60-voudige vrucht uit de gelijkenis van de zaaier (Mattheüs 13) symbool voor. Deze fasen zijn broos en kwetsbaar. Hoe hoger we stijgen op de geestelijke ladder naar geestelijke volwassenheid, hoe sterker en stabieler we geestelijk worden. Het denken van de lagere fasen van geestelijke groei bevat leugens en dwalingen (dat de bijbelse definitie is van zonde, zie o.a. Genesis 6:5 en 8:21; en voor verdere onderbouwing mijn boek) en dat is wat ze broos en kwetsbaar maakt. Ze zijn ook verdeeld, en in vers 43 staat dat ze niet aan elkaar gehecht zullen zijn, ze zijn geen eenheid. En dat is precies wat we ook zien bij deze geestelijke fasen. Er is veel verdeeldheid en geen eenheid. Werkelijk één zijn met elkaar is pas mogelijk als we werkelijk één zijn met JHWH, als onze gedachten één zijn met Zijn gedachten (Jesaja 55:8). Ik schreef hierover uitgebreider in mijn blog ‘Zijn we al op Zijn berg’. En dat bereiken we pas aan de top van de geestelijke ladder. Leem, of klei, ten slotte, verwijst naar het stof van de aarde waar het vlees van de mens uit is gevormd (Genesis 2:7). En ook dit verwijst naar de 30- en 60-voudige vrucht, de lagere fasen van geestelijke groei dus. Ook dit leg ik uitgebreid uit in mijn boek.

Voeten komen rechtstreeks in aanraking met het stof van de aarde en het stof van de aarde zit aan voeten gekleefd. Stof en aarde (zie o.a. Job 9:24) zijn verbonden met de 30- en 60-voudige vrucht uit de gelijkenis van de zaaier en met leugens en dwalingen (zonde) die de 30- en 60-voudige vrucht onderscheiden van de 100-voudige vrucht. Dit onderbouw ik uitgebreider in mijn boek. Dit stof moet in Markus 6:11 van de voeten worden geschud, als symbool dat mensen niet naar de waarheid willen luisteren maar in hun leugens en dwalingen (stof) blijven geloven. In de geestelijke betekenis van de voetwassing in Johannes 13 wast Jesjoea met water dit stof van de voeten van de discipelen. In Johannes 13:8 zegt Jesjoea dat we geen deel aan Hem hebben, als we Hem onze voeten niet laten wassen. De geestelijke betekenis hiervan is dat we geen deel zullen hebben aan Hem – niet zullen groeien naar Zijn beeld, de top van de geestelijke ladder – als we het stof van leugens en dwalingen niet door Hem van onze 30- en 60-voud voeten laten wassen met het levende water van Zijn waarheid.

In Psalm 73:13 en Jakobus 4:8 wordt het reinigen van de handen verbonden aan het zuiveren van harten. Gezuiverde harten zijn harten die gereinigd zijn van zonde, van leugens en dwalingen. Leugens en dwalingen die in deze teksten dus symbolisch aan handen gekleefd zijn, waardoor de handen gereinigd moeten worden, of moeten worden gewassen in onschuld. Naast de voetwassing die ik hierboven noemde, is er ook een bekende handwassing in de Evangeliën: Pilatus waste zijn handen in onschuld toen hij recht moest spreken over Jesjoea (Mattheüs 27:24). Pilatus waste als het ware symbolisch de schuld, de zonde, van zijn handen. Schuld, zonde, leugens en dwalingen, worden dus ook hier weer verbonden aan de handen. En geloven in leugens en dwalingen is een kenmerk van de 30- en 60-voud fase van geestelijke groei.

De bedenker van de ‘temple man’ (‘tempel mens’) ontdekte in de bijbel dat er een verbinding is van de tempel met het menselijk lichaam zoals dat in de bijbel beschreven wordt. Deze engelstalige website legt dat uitgebreid uit. De ‘temple man’ verbindt ook de tempel en het beeld in Daniël met elkaar en komt dan tot de volgende conclusie: het hoofd kan worden verbonden met het Heilige der Heiligen, de romp met het Heilige en de handen en voeten met de voorhof. In mijn boek leg ik uit hoe we de tempel kunnen verbinden aan de 30-, 60- en 100-voudige vrucht uit de gelijkenis van de zaaier: Heilige der Heiligen 100-voud, Heilige 60-voud en voorhof 30-voud. Het bestuderen van de ‘temple man’ kan meer duidelijkheid geven over de geestelijke betekenis en plaats van handen en voeten. Wat misschien verwarrend kan zijn, is dat de ‘temple man’ de handen en voeten toekent aan de 30-voud voorhof, waardoor het 60-voud Heilige in dit plaatje buiten beeld blijft. Voor het overkoepelende beeld is dat niet relevant. De 30- en 60-voudige vrucht zijn veel lastiger van elkaar te onderscheiden dan de 30/60- en 100-voudige vrucht. Leugens en dwalingen zijn bij beide fasen 30- en 60-voud aanwezig, terwijl de 100-voud fase van geestelijke groei daar vrij (bevrijd) van is. Dit is een duidelijk onderscheid tussen 30/60-voudige vrucht en 100-voudige vrucht.

“Die Zelf onze zonden in Zijn lichaam gedragen heeft op het hout.”
1 Petrus 2:24

We kunnen dus concluderen dat handen en voeten in de bijbel verwijzen naar de lagere fasen van geestelijke groei: de 30- en 60-voudige vrucht uit de gelijkenis van de zaaier. Het zijn de fasen die verbonden zijn met zonde: met leugens en dwalingen in denken en hart. En het zijn dus juist de lichaamsdelen die symbool staan voor die fasen, die doorboord werden aan het kruis. Het zijn die lichaamsdelen die bloedden aan het kruis. Het is alleen door Zijn wonden dat we geestelijk kunnen groeien van 30-voud, naar 60-voud, naar 100-voudige vrucht en daardoor leven kunnen vinden. Door de wonden aan Zijn handen en voeten worden we genezen van de leugens en dwalingen in ons denken en hart.

“Zie Mijn handen en Mijn voeten…”  Lukas 24:39

Toen ik besefte wat de geestelijke betekenis is van handen en voeten en waarom precies dáár Zijn wonden zijn geslagen, werd ik diep geraakt. Jesjoea zegt als het ware: zie Mijn handen en voeten, en zie wat ik voor jou gedaan heb (Lukas 24:39). Ik besefte hoe de tekenen van de wonden in Zijn handen en voeten verwijzen naar degenen voor wie die wonden waren: voor iedereen die in leugens en dwalingen (zonde) verstrikt was, of in bepaalde mate nog is. En ik besefte dat dit een bewijs is van Zijn enorme liefde voor degenen die verstrikt zijn in zonde en die Hij wil bevrijden van hun leugens en dwalingen. Wij zien deze mensen, of onszelf, vaak als mensen waar geestelijk op wordt neergekeken; veel negatieve begrippen in de bijbel zoals overspelige, hoer, afgodendienaar of geestelijk dood, zijn ook aan deze fasen van geestelijke groei verbonden. Maar Hij kwam voor zondaars (Markus 2:17)…

Wist ik dit dan nog niet? Jawel, maar door het zien van de diepere geestelijke betekenis kreeg ik dieper besef. Dat is het effect van het (leren) zien van de diepere geestelijke betekenis in Zijn Woord: het is Zijn Geest die rechtstreeks spreekt tot onze geest, tot onze diepste kern, en de boodschap komt daardoor dieper binnen. Ik besefte nog dieper hoe groot Zijn liefde voor en geduld met mij is, en dat Zijn lijden voor mij was toen ik nog in leugens en dwalingen (zonde) verstrikt was of nu nog steeds in bepaalde mate ben, om mij daarvan te bevrijden. Ik besefte nog dieper dat we door Hem verlossing krijgen van de leugens en dwalingen (zonde) waar we in verstrikt zijn, alleen door Hem. Door wat Hij heeft gedaan. Speciaal voor ons waar we nog in zonde, leugens en dwalingen, verstrikt zijn. Zonder Hem zouden we hierin verstrikt blijven en zou er nooit een uitweg zijn, nooit verlossing zijn, nooit leven zijn…

Maar… ik besefte tegelijkertijd hoe in de tekenen van de wonden in Zijn handen en voeten wordt verwezen naar Zijn enorme liefde voor degenen die ik zie vasthouden aan leugens en dwalingen (zonde), terwijl ik (al dan niet terecht) denk dat ik het toch beter weet. Jesjoea zegt als het ware: zie Mijn handen en voeten, en zie wat ik voor hen gedaan heb (Lukas 24:39). Als ik besef hoe groot Zijn liefde voor en geduld met hen is, en dat Zijn lijden voor hen was die nog in leugens en dwalingen verstrikt zijn waar Hij mij van bevrijd heeft, dan confronteert dat mij met de vraag: hoeveel liefde en geduld heb ik met mensen die nog verstrikt zijn in leugens en dwalingen (zonde), waar ik alleen maar door Zijn genade van bevrijd ben? Hoeveel liefde en geduld heb jij met mensen die nog verstrikt zijn in leugens en dwalingen (zonde), waar jij alleen maar door Zijn genade van bevrijd bent?

“Maar Hij is om onze overtredingen verwond, om onze ongerechtigheden verbrijzeld. De straf die ons de vrede aanbrengt, was op Hem, en door Zijn striemen is er voor ons genezing gekomen. Wij dwaalden allen als schapen, wij keerden ons ieder naar zijn eigen weg. Maar de HEERE heeft de ongerechtigheid van ons allen op Hem doen neerkomen.” Jesaja 53:5-6

USA